Wanneer iemand jou vraagt ‘wat is glycogeen?’, zeg dan het volgende: “Glycogeen is de glucose die je lichaam opslaat om op een later moment te verbruiken. Het is een koolhydraat in een andere vorm, een beetje zoals water in ijs kan veranderen of kan verdampen als stoom”.
Ongetrainde mensen kunnen ongeveer 500-600 gram glycogeen opslaan. Ongeveer 100 gram kan er maximaal worden opgeslagen in de lever en ongeveer 400-500 gram in de spieren. Goed getrainde mensen kunnen tot wel 800 gram glycogeen in de spieren opslaan. Op dagen nadat je veel koolhydraten hebt gegeten kun je dus toegenomen zijn in gewicht, maar dit hoeft niet te betekenen dat er sprake is van vetopslag. Hoe meer spiermassa je hebt, hoe meer je kunt eten dus 😉
Als je spieren de maximale glycogeenvoorraad hebben bereikt zullen deze wat voller eruit zien. Glycogeen wordt weer omgezet in glucose wanneer je een zware inspanning van je lichaam vraagt. Hierbij speelt het hormoon glucagon een grote rol. Als je aanstaande zondag een belangrijke voetbalwedstrijd hebt zal je daar optimaal willen presteren. Je zult doordeweeks goed trainen en als je het serieus neemt, ook letten op het binnen krijgen van de juiste voeding. Op de wedstrijddag zal je twee uur van tevoren een koolhydraatrijke maaltijd nemen, zodat deze vanaf de aftrap als energie kan worden verbruikt. Je hebt als bewegende middenvelder ruim 10 km gelopen tijdens de wedstrijd en hebt daarvoor 800 calorieën verbruikt. Dit is gelijk aan 200 gram koolhydraten.
Nou levert een goed gevuld bord met pasta 60-70 gram koolhydraten. Waar komen dan de andere 130-140 koolhydraten vandaan? Deze zijn, zoals aangegeven, als glycogeen opgeslagen door je en zullen tijdens de wedstrijd worden omgezet in glucose. Deze opgeslagen glycogeen is het gevolg van hoeveel koolhydraten je de dag(en) ervoor hebt gegeten en niet hebt verbruikt. De glycogeenvoorraad kun je beïnvloeden met behulp van ‘carb cycling‘.
Vooral bij krachttraining en sporten met een hoge intensiteit zal je weer glucose verbruiken als energie. Je lichaam zal altijd proberen om eerst je voeding als energie te verbruiken en daarna pas je lichaamsmassa. Als je lichaam genoeg glycogeen heeft verbruikt terwijl er nog over is, zal dit restant uiteindelijk worden opgeslagen als vet.
Dit is het gevolg van een overschot aan benodigde calorieën. Een teveel aan koolhydraten is namelijk vrijwel de oorzaak van een teveel aan totale dagelijkse calorieën. Dit betekent dus niet dat koolhydraten je dik maken, maar dat een teveel aan calorieën je dik maken. Bij een overschot aan calorieën, veroorzaakt door eiwitten of vetten, zal je ook in vet massa toenemen.